De schoffel is een van de nuttigste tuingereedschappen. Hij zou regelmatig gebruikt moeten worden. Door hem – vooral bij droog weer – door de toplaag te halen, kan je alle onkruiden ontwortelen. Hardnekkige onkruiden als akkerwinde, paardestaart of kweek, moet je nooit de gelegenheid geven op te komen. De regel die hier geldt is: schoffelen voordat je de onkruiden aan de oppervlakte ziet verschijnen. Als je dat doet snijd je de groeitoppen af, terwijl ze nog onder het aardoppervlak zitten en voordat ze de kans hebben gehad te profiteren van het licht.
Schoffel en hak
Op zware gronden wordt meestal de hak gebruikt, die je naar je toe beweegt. De schoffel is de beste onkruidbestrijder voor lichtere gronden; deze beweeg je van je af. Trek of duw de hak of schoffel altijd oppervlakkig door de toplaag.
Tips:
- maak er een gewoonte van om elke keer als je op de tuin komt, eerst een ronde door de tuin te maken met de schoffel of hak in de hand. Je kunt dan elk zichtbaar onkruid direct schoffelen en houd zo het onkruid het beste onder controle.
- je kan het beste achteruit lopen, zodat je het onkruid niet direct weer de grond in trapt en de planten dus als het ware alleen verplant. Als je achteruit loopt, blijven de ontwortelde planten op de grond liggen en zullen deze door de zon en wind verdrogen. Schoffelen vanaf het pad is uiteraard nog beter omdat je dan de grond helemaal niet vertrapt.
- Plant of zaai de rijen zo ver uit elkaar dat je er gemakkelijk met de schoffel tussendoor kan. Dit bespaart je veel tijd. Als ruimer planten of zaaien te veel ruimte vergt, kan je overwegen de grootte van de tuin uit te breiden. Een extra are kost weinig maar levert een hoop gemak op door de ruimere beplanting. Ook de planten zelf vinden het plezieriger en zullen meer groenten opleveren.